Bij de gelegenheid van een symposium op het Landelijk
Dienstencentrum in Utrecht, waar de dissertatie van Janneke Stegeman centraal
stond, sprak Ds. Mitri Raheb, Luthers
predikant in Bethlehem.
Ds. Raheb sprak naar aanleiding van Jeremia 32. In deze
tekst is sprake van Judeërs die ten tijde van de Babylonische ballingschap
achtergebleven waren in Jerusalem en Judeërs die terugkeren uit de
ballingschap. Twee verschillende groepen, die je goed moet onderscheiden. Eigenlijk kun je degenen die na 50 jaar
ballingschap in 538 voor Christus terugkeren een beetje vergelijken met de
Palestijnen die in 1995 terugkeerden na bijna 50 jaar ballingschap (na de verdrijving
in 1948) stelde hij. Ineens had de PLO het in Palestina voor het zeggen. Dat
werd, ver weg van het volk dat lange tijd was achtergebleven in het land onder
de Israëlische bezetting, voor hen bepaald. Dat is vragen om problemen.
Je kunt als balling niet terugkeren naar jouw land en doen
alsof er in de tussentijd niets veranderd is. Mensen hebben akkers gekocht en
verkocht – of juist niet: wellicht zijn de akkers intussen onteigend, tot state
land verklaard en ingenomen door kolonisten!
De achterblijvers hebben zich zo goed en zo kwaad als het
ging aangepast aan de omstandigheden en zijn volhardend tegen de wind in verder
gegaan met werk, het stichten van een
gezin. En dan ineens komt er een groep aan
het roer die overeenkomsten heeft gesloten met de bezetter, ver weg zonder jou
er in te kennen.
Een tekst lezen vanuit jouw context, luisteren naar de
diverse lagen die er in liggen, je kunnen identificeren met de kwetsbaren, je
laten opwekken tot compassie.
Dat is de bedoeling van bijbelteksten. Ze geven geen
blauwdruk om er alleen de vervulling van
de beloften voor jouw uitverkoren groep in te lezen, noch voor joden, noch voor
christenen. Want er zijn meer stemmen, meer verhalen!